Een hart van hout

Het Gentse HOTA is niet het zoveelste bouwbedrijf. “We zijn zelfstandigen, maar vormen samen een coöperatie. Ons team bestaat uit werkende vennoten in een horizontale structuur. Inspraak en participatie is de basis, maar we vergelijken ons soms met het Mexicaanse leger: allemaal een beetje generaal”, glimlacht Thomas De Maeseneer, bestuurder bij HOTA.

HOTA ontstond eigenlijk dankzij de VDAB. “Onze oprichters kwamen elkaar tegen in de opleiding houtbewerking”, vertelt Thomas. “Ik heb die cursus ook gevolgd en deed bij HOTA mijn stage. Intussen ben ik projectleider. Andere vennoten hebben andere functies, zoals werfleider of eerder uitvoerend. De VDAB is een beetje de rode draad in onze organisatie: we hebben nog mensen aangetrokken langs die weg.”

Uit liefde voor hout

Alle vennoten van HOTA delen dezelfde passie: “Wij zien graag hout. De levensduur van een houten gebouw moet niet onderdoen voor een huis van gewapend beton. Op voorwaarde dat het goed gebouwd en bouwfysisch correct is, uiteraard!

Staal of gewapend beton heb je echt niet nodig in huizenbouw. Dat komt eventueel van pas bij een wolkenkrabber, maar ook appartementsgebouwen worden al in houtbouw gezet.

Een ontwerper heeft ook meer bewegingsvrijheid met hout. “Wij maken ‘huizen om te aarden’, creaties voor mensen waar ze zich goed voelen. Onze klanten kiezen voor een duurzaam verhaal op maat. Houtskeletbouw is misschien net iets duurder, maar je wint enorm op vlak van CO2-uitstoot. Het betekent trouwens niet dat je ook overal hout ziet. Soms steken we het weg achter gipsplaten of kiest de architect voor een stalen poutrelle - dat vind ik dan wel jammer”, geeft Thomas toe.

Energiezuinige woningen

HOTA maakt en renoveert energiezuinige woningen. “We gebruiken daarvoor milieuvriendelijke materialen, die ook geen risico’s inhouden bij installatie of voor de klant. Het voordeel is ook dat bio-ecologische grondstoffen herbruikbaar en afbreekbaar zijn. We kiezen bijvoorbeeld voor isolatie van gerecycleerd krantenpapier, houtwolmatten en dus houtskeletbouw, in plaats van bakstenen.”

Als het op grondstoffen aankomt, kijkt men bij HOTA ook naar de ingebedde energie. “Die is soms moeilijk te berekenen, maar er zijn al goede pogingen ondernomen om het totale energieverbruik van materiaal in kaart te brengen. Als we werken met schapenwol bijvoorbeeld, willen we weten waar dat vandaan komt. Wol is een natuurlijk product, dus je denkt al gauw: weinig CO2-uitstoot. Maar als het afkomstig is uit Nieuw-Zeeland, is dat natuurlijk een ander verhaal.”

Het bedrijf volgt ook de laatste innovaties op vlak van milieuvriendelijke materiaal. “Zo experimenteren we met nieuwe isolatiematerialen, zoals kalkhennep, waarmee we een open houtskelet opvullen. Doordat het wat minder goed isoleert, moeten we een iets dikkere laag gebruiken, maar de totale wandopbouw is vaak niet groter dan bij andere bouwwijzen. Hennep is plantaardig en samen met de kalk zorgt het voor een beter binnenklimaat. De moeite dus: het beantwoordt aan de hedendaagse bouwnormen én heeft minder impact op het milieu.”

Hout met FSC- en PEFC-label

HOTA was zijn tijd ook vooruit. “Sinds een tweetal jaar is er een nieuwe regel rond energiezuinig bouwen, het zogenaamde S-peil, waarbij ‘luchtdicht bouwen’ belangrijker werd. Maar dat passen wij al 15 jaar toe. Dat is niets nieuws, hé: in het buitenland, zoals in Duitsland of in Scandinavië, bouwt men al jaren zo. Wij zijn gewoon bij de les. In het Gentse krijgen we dan ook veel navolging. Een van onze vaste leveranciers, Eurabo, heeft veel knowhow en verwijst klanten ook door naar ons.”

Voor bouwhout sneuvelen natuurlijk wel bomen. “Klopt, maar ons hout heeft ofwel het FSC-, ofwel het PEFC-label.

Hout gebruiken is niet fout, het moet gewoon komen van verantwoord bosbeheer.

Eurabo maakt daarover geen compromissen. Het is een zegen dat we kunnen samenwerken met een bedrijf dat mee nadenkt over hoe we kunnen omgaan met de beschikbare grondstoffen.”

Regio Gent

Op vlak van duurzaamheid maakt HOTA in ieder geval duidelijke keuzes. “We beperken ons tot de regio Gent en we kijken ook naar de inplanting van onze projecten.

Met HOTA willen we geen extra groene ruimte innemen, maar mikken we eerder op kernverdichting. Dat kan met nieuwbouwprojecten, maar we zetten even graag in op renovatie. Daar kunnen we volgens mij op vlak van duurzaamheid nog veel winnen, zeker in steden.

Wat de toekomst brengt voor HOTA? “Meer van hetzelfde”, hoopt Thomas. “We nemen onze bedrijfsstructuur intussen onder de loep samen met Strategies & Leaders. Ons systeem van werkende vennoten evolueert waarschijnlijk naar een vaste kern van werkende vennoten, uitgebreid met kandidaat-vennoten en jonge schoolverlaters/leerlingen Duaal Leren.”

Kandidaat-vennoten zullen in de toekomst eerst zes maanden proefdraaien alvorens zich te moeten engageren. “Met jonge schoolverlaters en leerlingen Duaal Leren kiezen we voor verjonging. Tja, we zijn ook iets ouder geworden - niets aan te doen”, glimlacht Thomas.