![](/sites/default/files/styles/background_image_lg/public/migrate/sector/mvo623mm.jpg?h=265e640d&itok=iZG7GPWv)
![](/sites/default/files/styles/background_image_lg/public/migrate/sector/mvo623mm.jpg?h=265e640d&itok=iZG7GPWv)
Transport, logistiek
De Belgische transport- en logistieke sector (*) telde in 2014 zo’n 87.300 werknemers. Hij genereert zo’n 5% van het bruto binnenlands product (bbp). Binnen deze sector staat het wegtransport in voor 77,25% van het goederenvervoer in ons land. De binnenscheepvaart neemt 12,50% voor haar rekening en het spoor 10,25% (cijfers 2012).
Bij onveranderde omstandigheden wordt tegen 2030 een groei van het transport verwacht van 68%. Daar hangt een stijging van broeikasgasemissies aan vast van 12%.
(*) Logistiek wordt in de klassieke betekenis meestal als volgt gedefinieerd :
-
vrachtvervoer (via de verschillende vervoerssectoren: spoorwegvervoer, wegvervoer, pijpleidingen, zee- en kustvaart, binnenvaart, luchtvaart),
-
de aanverwante logistieke activiteiten: vrachtbehandeling, opslag, ondersteuning, expeditie, agentuur, postdiensten.
Cijfers: Febetra, Flanders Logistics, Promotie Binnenvaart Vlaanderen.
(Duurzaamheids)uitdagingen
Wie transport zegt, zegt files. Het fileprobleem vormt een bijzonder zware belasting voor de Belgische economie. De Raad van de Europese Unie raamt die last op ruim 7 miljard euro, wat neerkomt op ongeveer 1,75 % van het bbp (2013). De kost voor onze economie is daarmee een van de hoogste in Europa. Investeren in duurzaam transport heeft dus een evidente economische logica.
De transportsector heeft door het gebruik van motorvoertuigen een grote impact op het milieu. De uitstoot heeft effect op de lokale luchtkwaliteit en het klimaat. Het aandeel van transport over de weg in de totale Belgische CO2-uitstoot bedroeg in 2012 19,22%. Ter vergelijking: voor vervoer over het water bedroeg dat percentage 0,37%, voor het spoor 0,07%. (Cijfers Federaal Planbureau via Promotie Binnenvaart Vlaanderen)
Zuiniger transportmiddelen, efficiënter vervoer en het gebruik van alternatieve brandstoffen kunnen deze impact beperken. Trajecten zoals ‘Lean and Green’ tonen aan dat de CO2-uitstoot verminderen met 20% op vijf jaar tijd geen onrealistische doelstelling is.
Cradle to Cradle (C2C) en recyclage bieden kansen voor de logistieke sector. Herbruikbare materialen moeten worden ingezameld en verwerkt. Transport en logistiek spelen een belangrijke rol bij het sluiten van de kringloop.
Respect voor rij- en rusttijden en meer aandacht voor een veilige rijstijl dragen bij aan een betere verkeersveiligheid en de gezondheid van de werknemers. Minder ongelukken en absenteïsme zijn de logische gevolgen.
Tracking and tracing en de invoer van technieken zoals RFID werken positief in op de duurzaamheid van de aanvoerketen.
Links
- Logos (vormingsfonds van het paritair comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de logistiek (PC 226))
- Inspiratiegids duurzame stedelijke logistiek
- Febetra
- Transport en logistiek Vlaanderen
- Cijfers over de binnenscheepvaart
- Het ‘Lean and Green’-programma
- Milieurapport Vlaanderen (MIRA)
- Vlaamse milieumaatschappij (VMM)
Published on
11 november 2015Gerelateerde thema's
Circulaire economie CO2 Duurzame keten Energie Klimaatverandering Klimaatverandering Labels en certificering Mobiliteit Veilige en gezonde werkplek Zuivere luchtDeel deze pagina
Gerelateerde inhoud
-
Better Business concept is multidisciplinaire aanpak MVO voor KMO bedrijven in drie stappen: Anal
Expertise Ondersteuning bij ontwikkelen heldere MVO strategie en concreet plan voor KMO bedrijven en (overheid -
Het Nationaal Contactpunt voor de OESO-richtlijnen, een organisatie die onder de bevoegdheid van de federale dienst voor economie valt, heeft twee anticorruptiegidsen gepubliceerd. Vorig jaar werd een algemene gids uitgebracht, die gericht is op alle Belgische ondernemingen die actief zijn in het buitenland. Recent heeft die dienst ook een bijzondere gids uitgegeven voor KMO's die in het buitenlands opereren.
-
Als we het over Internet of Things (IoT) hebben, spreken we niet langer over futuristische toepassingen. Die tijd is voorbij, weet Jan Adriaenssens, directeur City of Things bij imec, het grootste onafhankelijke Europese onderzoekscentrum rond technologische ontwikkelingen.
Onder meer op vlak van facility management en smart cities staat de technologie voor een doorbraak.
-
Bedrijven, lokale en provinciale overheden kunnen tot 1 mei 2017 een subsidiedossier indienen bij het Pendelfonds. Het fonds subsidieert duurzaam woon-werkverkeer.
Projecten van maximum 200.000 euro komen in aanmerking. De projectduur is maximaal vier jaar.
-
Op 16 december 2016 lanceerden meer dan twintig Vlaamse bedrijven de mobility cluster Clean Power for Transport. Zij gaven een demonstratie hoe de elektrische wagen geintegreerd kan worden in een slim energiesysteem. Het slim afstemmen van hernieuwbare energie en elektrische voertuigen maakt 100% lokaal en groen laden mogelijk.
Het actieplan kreeg de steun van Bart Tommelein, Vlaams minister van Energie.
-
Bruggen slaan tussen extra-financieel en financieel data beheer en rapportering
In het huidig internationaal bedrijfsklimaat ervaren bedrijven druk om in hun rapportering niet alleen op financiële prestaties te focussen, maar ook de extra-financiële gevolgen van hun activiteiten te beschrijven. Voorbeelden van die extra-financiële dimensie zijn klimaatverandering, materialenbeschikbaarheid, veiligheid, gezondheid, bevolkingsgroei, armoede en diversiteit.
Formele extra-financiële informatie wordt hoofdzakelijk via jaar- en duurzaamheidsverslagen gecommuniceerd. Daarnaast wordt het ook via andere (sociale) media en rapporteringen, zoals investeringsrapporten, aan stakeholders verspreid.
Extra-financiële rapportering wordt jaar na jaar meer matuur. Er is vandaag meer transparantie, betere kwantificering en groeiend bewustzijn. Toch moeten nog belangrijke stappen voorwaarts worden gezet om de betrouwbaarheid van de extra-financiële rapportering op hetzelfde niveau van de financiële rapportering te brengen.
Cruciaal hierbij is vergroten van de garantie die een bedrijf kan bieden over de juistheid, de volledigheid en de relevantie van het extra-financiële dataverzamelingsproces.