Economie vraagt een duurzame aanpak

Groene economie botst tegen de beleidsgrenzen aan

17,5% van de Nederlandse economie ging vorig jaar om in nieuwe, duurzame economie. Daarmee is de NEx-score slechts met 1,0 procent aangegroeid, de kleinste stijging in vijf jaar tijd. Loopt verduurzaming tegen de beleidsgrenzen aan?

Hoe zorgen we ervoor dat we tegen 2030 de doelen van de Sustainable Development Goals, het Grondstoffenakkoord én het Klimaatakkoord halen? Door op tijd een kantelpunt te bereiken waarbij minstens 20% van onze economie duurzaam is. Eens we voorbij dat kantelpunt zijn, zet de evolutie zich vlot verder en verduurzaamt de economie steeds sneller.

Gemiddeld genomen te traag

Om op te volgen hoe duurzaam zijn economie écht is, berekent MVO Nederland elk jaar de Nieuwe Economie Index (NEx). Dat berekent de organisatie door het gemiddelde te nemen van de scores voor 23 indicatoren verspreid over zeven thema’s:

  • Biodiversiteit
  • Circulaire economie
  • Nieuwe rijkdom
  • Echte prijzen
  • Transparante ketens
  • Inclusief ondernemen
  • Groene energie

Die verschillende thema’s tonen erg verschillende evoluties: de biodiversiteit was aan de start van 2023 bijvoorbeeld achteruitgegaan, van 18,3% naar 17,9%. Doorheen 2023 is er een mooie stap gezet, naar 19,8% begin 2024. Dat is onder andere te danken aan het teruglopende stikstofoverschot en, dankzij de hoge aardgasprijzen en de afgenomen broeikasgasemissies. Ook inclusief ondernemen doet het erg goed, met een score van 35,6%

Circulaire economie toont dan weer wat minder vooruitgang: daar was begin 2023 voor het eerst in enkele jaren een procentpunt bijgekomen. Begin 2024 bevindt de circulaire economie zich in Nederland opnieuw op het niveau van twee jaar geleden. De grootste daler is de categorie echte prijzen. Die draaide de voorbije vier jaar telkens rond 20%, maar kelderde naar 13,7% voor begin 2024.

Alles samen levert dat een gemiddelde score op van 17,5%. Dat is een stap in de juiste richting, maar ook de kleinste stijging sinds in vijf jaar. Volgens Wouter Scheepens, directeur-bestuurder van MVO Nederland, is dat een duidelijk teken dat verduurzaming tegen de grenzen van het beleid aan loopt.

In Vlaanderen, la même chose?

Verduurzamen is vaak te moeilijk, te duur of te ontoegankelijk: “Mkb’s (kmo’s, n.v.d.r.) hebben geen tijd of capaciteit om zich door de ingewikkelde procedures te worstelen die nodig zijn om duurzame subsidies te verkrijgen”, stelt Scheepens. Wat wel een duidelijke impact heeft, is wetgeving die verduurzaming stimuleert.

Ook Vlaanderen is op dat vlak echter maar een gemiddelde Europese leerling. Op sommige vlakken wordt er duidelijk ingespeeld op de opportuniteiten die een groene economie biedt, maar zelfs met een stijging van 1.950% ten opzichte van 2013, blijft het aandeel elektrische wagens bij de nieuwe inschrijvingen eerder beperkt.

Ook voor het aandeel hernieuwbare energieproductie loopt Vlaanderen met 8,9% achterop. Dat mag dan wel een stijging zijn van 7 procentpunten sinds 2005, het Europees gemiddelde ging in diezelfde periode 11,9% vooruit. De beste leerling van de klas is Noorwegen, waar ondertussen 77,4% van alle energiegebruik hernieuwbaar is. Zweden toonde de grootste vooruitgang: op 15 jaar tijd steeg het aandeel hernieuwbare energie van 40% naar 60,1%.

Al is er niet enkel slecht nieuws: de voorbije jaren kwam er heel wat Europese subsidiëring deze richting uit. Investeringen die inzetten op klimaatadaptatie, klimaatneutrale steden, gezonde oceanen … kregen daarbij het grootste aandeel. De impact van dergelijke projecten zal zich in de komende jaren laten voelen.

Een overzicht van de volledige score voor elke indicator en elk thema van de NEx, vind je in het rapport.

Afbeelding:
Bron: MVO Nederland: https://www.mvonederland.nl/nieuws-opinie/nieuwe-economie-index-nex-17-5-procent-verduurzaming-economie-loopt-tegen-beleidsgrenzen-aan