Europa wil duurzame coatings (en VUB zoekt mee)
De Vrije Universiteit Brussel werkt mee aan Europees onderzoek naar duurzame beschermingslagen of coatings. In 3D-modellen probeert het de corrosiebescherming in verschillende sectoren te voorspellen.
Een coating of beschermingslaag verlengt de levensduur van producten. Zo worden metalen objecten, van vliegtuigen tot auto’s, niet snel aangetast door bijvoorbeeld slechte weersomstandigheden of door strooizout op de weg.
Gebeurt dat wel, dan ontstaat er lokaal corrosie, beter bekend (in het geval van staal) als roest. Coatings zijn belangrijke elementen om die roest tegen te gaan.
Het verschil tussen duurzaam en duurzaam
Coatings maken producten dus duurzamer, in de letterlijke zin van het woord: zij worden ‘durable’, ze zullen langer meegaan. Helaas is de coatingindustrie zelf niet meteen de meest ‘groene’ industrietak. Daarom stapt de VUB nu mee in een groot EU-project dat de coatingindustrie innovatief en vooral duurzaam (op een groene manier) moet maken.
Dat het om een belangrijk project gaat, kan je makkelijk afleiden uit de naam: het project werd 'VIPCOAT' gedoopt. ‘De focus ligt op coatings die actieve corrosieprotectie geven’, legt onderzoeker professor Herman Terryn uit.
Het platform richt zich momenteel vooral op de vliegtuigindustrie. In de toekomst zal VIPCOAT deel uitmaken van de European Materials Modelling Ontology, waardoor er ook een transfer naar andere industrietakken mogelijk wordt.
De reden dat er eerst naar de vliegtuigindustrie gekeken wordt, is niet ver te zoeken. Binnen de vliegtuigindustrie zijn de interior parts van de vliegtuigen vaak afgewerkt met chroom VI+, een heel performante coating die helaas, zoals professor Terryn het verwoordt, ‘aardig wat problemen’ met zich meebrengt. Zo is chroom VI+ volgens toxicologen een kankerverwekkende stof (in tegenstelling tot de variant chroom III).
Voorspellingen in 3D
VIPCOAT moet de partners van het project helpen om corrosiebeschermingstechnologieën sneller en duurzamer te ontwikkelen. ‘Het project sluit aan bij het materiaalonderzoeksprogramma van de VUB. Dat onderzoekt de levensduur van materialen via modelleren op allerlei schalen’, licht professor Terryn verder toe.
Alternatieven voor chroom VI+ bestaan al langer, maar volgens de prof is het geen sinecure om de performantie daarvan te onderzoeken. ‘Met dit project gaan we verder dan het experimentele en voorspellingen maken over welke soort coatings op lange termijn effectief zullen zijn.’
De VUB en Elsyca, een VUB-spin-off, staan samen in voor de ontwikkeling van een innovatieve modelleringstool. ‘Die tool zal de corrosiebescherming in 3D kunnen gaan voorspellen. Dat kan gebruikt worden bij de creatie van nieuwe corrosiebeschermingssystemen.’
‘Het platform streeft naar een effectieve transfer tussen wetenschap en maatschappelijke toepassingen’, besluit Terryn. ‘VIPCOAT wordt dus niet enkel ontwikkeld om de industrie bij te staan in een snellere ontwikkeling van innovatieve corrosiebeschermingstechnologieën die economisch interessant zijn, maar ook en vooral om deze industrietak duurzamer en groener te maken.’
Innovatie voor iedereen
De volledige naam van het EU H2020-project is 'VIPCOAT - Virtual Open Innovation Platform for Active Protective Coatings Guided by Modelling and Optimization'. Dat slaat op het feit dat het project 'open access' wil bieden aan alle sectoren. Het gaat om een open innovatieplatform voor ingenieurs die materialen voor deklagen ontwikkelen.
Het open innovatieplatform zal dan door verschillende actoren zoals research, politieke of publieke sectoren kunnen worden geraadpleegd. VIPCOAT wil zowel dienen als database voor experimentele, industrierelevante en modelling data, als als wetenschappelijke infrastructuur en als simulatietool.
De Vrije Universiteit Brussel is een van de twaalf partners die deelneemt aan VIPCOAT. Het gaat om de VUB-onderzoeksgroep SURF en Elsyca, een VUB-spin-off. Samen met elf andere partners zijn ze, onder leiding van het Helmholtz Center Hereon, op 1 mei aan de slag gegaan. Daarvoor krijgen de partners steun van de Europese Unie, in het kader van het programma Nanotechnologies, Advanced Materials, Biotechnology, and Advanced Manufacturing and Processing (NMBP). Het project krijgt vijf jaar steun van de EU.