Samenwerkingsverbanden
Samen bereik je meer
Verandering bereikt een onderneming meestal niet alleen. Er ontstaan steeds meer mvo-coalities met vaak verrassende samenwerkingspartners. Concurrerende bedrijven en maatschappelijke organisaties worden daarbij kennispartners.
Er zijn verschillende redenen om partnerschappen aan te gaan. Bedrijven en organisaties kunnen door samenwerking kosten besparen, de kwaliteit van hun productieketen verhogen of – door kennis en expertise uit te wisselen – tot innovatieve en duurzame oplossingen komen op uiteenlopende vlakken.
De laatste jaren zijn er heel wat bedrijven die bijvoorbeeld samen in coöperaties stappen, een bedrijventerreinmanagement opzetten of de hoofden bij elkaar steken om duurzaamheidscriteria op te stellen voor hun sector.
Het Belgische duurzaamheidsnetwerk Kauri (opgegaan in The Shift) onderzocht en stimuleerde collaboratieve benaderingen rond duurzaamheid. In 2012 vierde Kauri zijn 15e verjaardag met de lancering van 7 principes voor slim samenwerken en de blog ‘smart collaboration’ met tips en praktijkvoorbeelden rond samenwerken.
Voordelen van samenwerking
Hoewel oorspronkelijk veel argwaan bestond tussen ondernemingen en ngo’s, neemt de wederzijdse verstandhouding toe. Hun samenwerking kan op verschillende manieren een meerwaarde hebben:
- hogere credibiliteit van de genomen initiatieven (validatie van het gevoerde beleid). Internationale studies wijzen immers uit dat ngo’s veruit de hoogste geloofwaardigheid genieten in de publieke opinie;
- een kritische blik van een externe partij op het beleid;
- inspiratie en uitdaging voor het bedrijf om verder te gaan dan gepland;
- grotere goodwill bij en betere relaties met de non-profitsector en andere stakeholders;
- opbouw of versterking van positief imago en positieve reputatie;
- competitief voordeel;
- versterkte loyaliteit bij de consument;
- positieve publiciteit en media-aandacht;
- grotere naamsbekendheid en -herkenning;
- grotere motivatie en loyaliteit bij de werknemers;
- grotere aantrekkingskracht op potentiële werknemers.
Vormen van samenwerking
Die samenwerking kan op verschillende manieren vorm krijgen:
- Cause related marketing: het bedrijf schenkt een bepaalde som geld of andere middelen aan een goed doel telkens een bepaald product of dienst van het bedrijf wordt verkocht. Voorbeeld: Douwe Egberts en de Voedselbanken.
- Co-branding en/of shared product: voor elk verkocht product gaat (een deel van) de opbrengst naar een ngo of vzw. Het bedrijf vermeldt hierbij eventueel op één of meerdere van zijn producten het logo van de ngo of vzw.
- Inzamelen van middelen: consumenten en/of werknemers aansporen om geld of goederen in te zamelen. Voorbeeld: E-5 Mode en Oxfam.
- Employee involvement (werknemers-vrijwilligerswerk): werknemers aansporenom zich tijdens de werkuren of in de vrije tijd ten dienste te stellen van sociale organisaties.
- Opleiding en bewustmaking van een extern publiek: promotie van bepaalde ethische waarden of een bepaald gedrag via de communicatiekanalen van het bedrijf.
- Thematische ontmoetingen: ontmoetingen met deelname van een ngo om standpunten te vergelijken, informatie uit te wisselen en eventueel tot een gezamenlijk standpunt of oplossing te komen.
- Mecenaat: schenken van geld of andere middelen zonder dat daar prestatie van de gesteunde organisatie staat tegenover staat.
- Sponsoring: financiële of andere vorm van steun in ruil voor naamsvermelding of een andere vorm van publiciteit.
- Opleiding en bewustmaking van het bedrijfspersoneel: de vzw of ngo werkt samen met het bedrijf om het personeel op te leiden over of bewust te maken van bepaalde thema's.
- Audit: de ngo's spelen, op verzoek van het bedrijf, de rol van externe controleur om een audit uit te voeren van de bedrijfsactiviteiten, praktijken op een specifiek domein of duurzaamheidsverslag. Dit kan leiden tot de toekenning van een label.
- Verantwoorde commerciële praktijken: de ngo treedt op als adviseur om het bedrijf te helpen verantwoorde commerciële praktijken uit te werken.
- Levering van specifieke, deskundige competenties: het bedrijf beschouwt de ngo als een volwaardige deskundige en begint een samenwerking om een bepaald punt in de bedrijfsprocessen of de effecten van deze processen te verbeteren (milieu, mensenrechten, engagementenbeleid,…).
Bronnen
- Geerardyn Aagje (2005): Het goede doel als thema in de externe communicatie. Bedrijfscommunicatie met een sociaal gezicht? (KULeuven, doctoraatsproefschrift).
- Business & Society (2006): Ngo's en bedrijven in België. Praktische gids voor een vruchtbare samenwerking.
Lees meer over samenwerkingsverbanden
Meer over Maatschappij en buurtGerelateerde inhoud
-
-
Het National Sustainability Congres (4 november, Den Bosch) sloot af met een opmerkelijke keynote van Nico Baken. De professor aan de Technische Universiteit Delft stond stil bij het manifest ‘De nieuwe oplossing van de crisis kost niets!’. Hierin roept hij als initiatiefnemer de burger, het bedrijfsleven, de overheid, de wetenschap en de perswereld op om samen de verantwoordelijkheid te nemen. Mét oog voor zingeving.
-
Bel&Bo is lid geworden van de Fair Wear Foundation, een internationale organisatie die kledingbedrijven bijstaat om op een duurzame manier te werken. De Belgische kledingketen verbindt zich er zo toe om haar kleding enkel nog te laten produceren tegen eerlijke lonen en in goede arbeidsomstandigheden. Deze beslissing sluit aan bij het behalen van het jaarcertificaat West-Vlaams Charter Duurzaam Ondernemen in 2014.
-
De twee duurzaamheidsnetwerken Kauri en Business & Society Belgium stichten nog dit jaar samen een nieuwe organisatie. Door de krachten te bundelen hopen ze hiermee een grotere impact te bereiken op het vlak van duurzame ontwikkeling en gedeelde waardecreatie.
-
Op 30 maart organiseren Plan C, het Flanders Fashion Institute en Stadslab2050 het event ‘Fashion Flows’. Een namiddag lang staat circulaire mode centraal. Maar wat moeten we nu onder dat begrip verstaan? Gert Vandermosten, projectleider van het Antwerpse Stadslab2050, belicht het toekomstmodel en de uitdagingen waar de modesector voor staat.
-
“Ik heb niet geslapen vannacht, duidelijke taal. Ik heb het eerste wat ik schreef terug nagelezen vannacht. Er staat dat in het licht van ons huidig groei-economisch model onze wereld eindig is. Er staat dat ons westers ontwikkelingsmodel, hoe verleidelijk ook, onmogelijk veralgemeend kan worden naar de totale wereldbevolking en dus fundamenteel ondemocratisch is! Dat als wij dit veeleer ethisch probleem willen aanpakken en streven naar een instandhouding van onze natuurlijke rijkdommen en een gelijke toegang daartoe voor iedereen, onze opdracht hier duidelijk is: niet meer groeien, kleiner worden.”