E-commerce neemt het voortouw in verduurzaming. Hoe dan?
Op het vlak van duurzaamheid lijken e-commercereuzen zoals Zalando enorme stappen vooruit te zetten. Is dat geen contradictio in terminis?
Ding dong. De pakjesbezorger is ervandoor nog voor mijn vriend de sleutel in het slot kan omdraaien. In de brievenbus zit een nagelnieuwe joggingbroek; een cadeau van zijn werkgever. Ideaal voor de periode thuiswerk die hij (nog eventjes, om het af te leren) moet overbruggen. Ik dubbelcheck snel de maat. Het is de tweede keer dat we zo’n broek bestellen. De eerste was te kort en heb ik sindsdien opgeëist. Deze keer komen de broekspijpen net lang genoeg, al zit de veredelde legging iets te los rond zijn middel. Een extra bord vanavond, glimlacht hij.
Meer vragen stellen we ons niet bij het zoveelste pakketje dat de revue passeert tijdens deze pandemie. Als je baas je twee gratis joggings aanbiedt, zeg je daar geen nee tegen. Bij de tweede bestelling wil ik tegensputteren, maar ik slik mijn woorden in. Daarvoor is mijn eigen broek te zacht, te goedkoop (want gratis aangeboden) en de pijlsnelle pakjeskoerier is toch al geweest. Pakjes terugsturen lijkt me bovendien een pak minder duurzaam. Heeft die koerier zich voor niks verplaatst.
In volle vaart
In de film Sorry We Missed You van Ken Loach zien we dat het geen toeval is dat zo’n koerier in volle vaart weer vertrekt. Uit de film van de sociaal geëngageerde cineast blijkt dat sociale dumping en uitbuiting deel uitmaken van de reis van je pakketje.
Uit veldwerk van Nederlands onderzoeksjournalist Jeroen van Bergeijk blijkt bovendien dat de arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden in distributiecentra ook niet om over naar huis te schrijven zijn. Hij werkte in een zogenaamd 'fulfillmentcentrum' – in zijn recente boek Binnen bij bol.com omschrijft hij het als een soort geldpakhuis van Dagobert Duck – en moest in een razend tempo pakketjes halen of retours sorteren.
De tijdsdruk is zo immens dat er geen moment over is om even te pauzeren, zelfs niet in het kleinste kamertje. Collega’s getuigden dat ze plasten in plastic flessen om geen tijd te verliezen. In Hired: Six Months Undercover in Low-Wage Britain beschrijft auteur James Bloodworth soortgelijke taferelen in een Amazonwarenhuis in 2016. En ook het Duitse Zalando kwam eerder in het nieuws omdat het zijn werknemers evenmin plaspauze gunde.
De Nederlandse tv-documentaire Op volle retouren, waar Van Bergeijk voor VPRO Tegenlicht aan meewerkte, toont bovendien aan dat onze retourpakketjes vaak helemaal niks meer waard zijn, op een markt in Libië of Irak terechtkomen, of in de verbrandingsoven verdwijnen. ‘We beseffen veel te weinig wat er gebeurt als we online op 'bestellen' klikken’, klinkt het bij verschillende in de documentaire geciteerde experts.
Van pashok aan huis naar ‘duurzaam modeplatform’
Toch zijn online webshops net spelers die razende stappen vooruitzetten op het vlak van duurzaamheid. Tenminste, dat zegt duurzaamheidsverantwoordelijken Kate Heiny van Zalando in Trends.
In oktober 2019 lanceerde Zalando een duurzaamheidsstrategie onder de noemer ‘do.MORE’. De bedoeling is om een ‘duurzaam modeplatform’ te worden. Transparantie is daarbij het modewoord. Het bedrijf legt momenteel een bonte verzameling aan ‘duurzaamheidsgegevens op merkniveau’ aan en hoopt zo ‘samen met de merken standaarden te ontwikkelen om de hele industrie vooruit te brengen’.
Daar is wel degelijk een (groeiende!) markt voor. Het aandeel actieve klanten dat duurzame items koopt is meer dan verdubbeld, tot 40 procent, sinds het begin van 2020. Al doen klanten dat veeleer 'uit schuldbesef' dan omdat ze het 'leuk' vinden, bleek uit eigen onderzoek van Zalando.
Los van de merken die Zalando aanbiedt, wil het ook zelf werken aan duurzame leveringen. Opnieuw in 2019 kondigde het platform aan dat het volledig CO2-neutraal wil opereren op vlak van leveringen en retourzendingen. Dat doen ze nu al door de eigen uitstoot te verminderen en de rest te compenseren via offsetting. Zo planten ze onder meer bomen aan in Spanje.
Indrukwekkend?
‘Een indrukwekkende strategie.’ Zo noemde e-commercestrateeg Cis Scherpereel de bocht die Zalando gemaakt heeft in Trends. Al zijn er ook blinde vlekken in zo’n duurzaamheidsstrategie.
Zo wordt er weinig rekening gehouden met onderaannemers in de keten en zijn sociale omstandigheden binnen de transport- en fulfillmentcentra nog steeds heikele punten. Zalando zegt daar zijn verantwoordelijkheid voor te willen opnemen. Het werkt onder meer samen met de Sustainable Apparel Coalition (SAC). Volgens de Schone Kleren Campagne is dat echter geen geloofwaardige organisatie.
Nog opvallend is het feit dat dankzij die samenwerking met SAC nu gekeken wordt om een definitie van duurzaamheid op te stellen. Een mooi doel, want er is wel degelijk verwarring over de term – het feit dat de hierboven vernoemde bedrijven te weinig rekening houden met sociale doelstellingen, zegt genoeg. Maar is het aan bedrijven om het warm water uit te vinden?
Condé Nast, dat Vogue in handen heeft, heeft in 2020 een Glossary for Sustainable Fashion uitgebracht, om voor eens en voor altijd te duiden wat duurzame mode is en waar we heen moeten. Dat ontwikkelde het in samenwerking met Centre for Sustainable Fashion, London College of Fashion en University of Arts London. En het is daarmee niet de enige.
De tools zijn er dus al. Veelvuldig. Door een eigen duurzaamheidsdefinitie op poten te zetten, kunnen bedrijven benadrukken wat ze zelf belangrijk vinden en wat ze zelf het makkelijkst kunnen verwezenlijken. Dat kan nu ook niet de bedoeling zijn.
Doei, groei?
Het grootste probleem?
Grote bedrijven die een loopje nemen met de term duurzaamheid, hebben niet per se duurzame doelstellingen.
Ik zie het met lede ogen aan, hoe spelers zoals grote (online en offline) modeketens steeds vaker reclame maken voor duurzaamheid. Hun bereik is enorm en het doel van individuele werknemers is vast en zeker nobel. Hun doelstelling? Dat is een ander paar mouwen. Hoe mooi het idee van een 'duurzaam modeplatform' ook klinkt: is het aan een speler die vooral zo goed mogelijk wil verkopen om de koers van het duurzaamheidsdiscours te bepalen?
Ja, we hebben de allergrootste spelers nodig (of we kunnen hun marktaandeel alleszins gebruiken) om een duurzame revolutie te ontketenen.
Maar zolang bedrijven ongebreidelde groei als doelstelling hebben, zitten we vast in een vicieuze cirkel.
De grenzen van de planeet zijn niet vertegenwoordigd tussen de maar wat gretige aandeelhouders. En zo blijven winst en groei de grote drijfveren van ons economisch systeem.
Niet bepaald duurzaam.
Sarah Vandoorne
Freelance journalist
Lid van het redactieteam van MVO Vlaanderen