Recyclagebedrijf verwerkt restplastic tot tuinbanken en compostbakken

Het Limburgse recyclagebedrijf Eco-Oh! maakt van huishoudelijk plastic afval gerecycleerde producten voor de tuin, bouw, openbare ruimtes en verkeerstoepassingen. En nog op de meest ecologische wijze ook. Daarnaast sensibiliseren ze hun werknemers over hygiëne, veiligheid en gezondheid.

“De feedback die we van hen krijgen, valt zeker niet in dovemansoren”, vertelt Johan Van den Berckt van Eco-Oh!.

Bij Eco-Oh! zien ze de lege yoghurtpotjes graag komen. Voor hen zijn ze een grondstof voor een mooie compostbak. Of een tuinbank. Of een signalisatiepaal. De mogelijkheden zijn eindeloos. “Huishoudelijk restplastic zoals het zacht plastic van yoghurtpotjes krijgt normaal geen tweede leven. Wij recycleren ze tot pellets waarmee we nieuwe ecodesignproducten kunnen maken. Na gebruik blijven ze 100% recycleerbaar.

De cirkel rond maken

Johan Van den Berckt vindt dat er nog meer gecommuniceerd mag worden over de nieuwe toepassingen van zacht plastic.

Wat de mensen thuis sparen, is materiaal voor een bank of tuinafboording. Dat verdient meer promotie. Wanneer de mensen bewuster worden, kunnen wij de cirkel rond maken.

Alles begint natuurlijk met het juist sorteren van het huishoudelijk plastic. Bij veel huishoudens hoort dit in de ‘roze zak’. “Die komt dan via intercommunales of containerparken bij ons. En niet in een gewone ruimte. Ze moet water- en winddicht zijn, want huishoudelijk afval brengt natuurlijk een geur met zich mee. We moeten rekening houden met onze buren. We shredderen alles tot een kleiner product en wassen dit twee maal zodat het restvuil eraf is. Dan volgt een scheiding in zinkende kunststoffen en drijvende kunststoffen.”

Verkopen of zelf verwerken

Wat overblijft na het mechanisch proces zijn grondstoffen in de vorm van pellets. Die zijn geschikt voor diverse productietechnieken voor de fabricage van nieuwe producten. “Een deel van de grondstoffen verkopen we. Een ander deel houden we zelf om te verwerken.”

Heel de verwerking vraagt natuurlijk om een pak energie. Maar ook daar voorzag Eco-oh! een oplossing. “Een machinepark vreet energie. We legden zonnepanelen en zoeken naar oplossingen voor het optimaal gebruik van restwarmte. We nemen groene energie af en gebruiken regenwater. We willen dit energieverbruik verder optimaliseren. We onderzoeken hoe we de warmte nog beter kunnen gebruiken. Eerst zullen we onze capaciteit moeten verhogen naar 20.000 ton. In 2020 zal dat 34.000 ton moeten zijn, in 2022 54.000 ton.”

Opleidingen personeel

Bij de afvalverwerking van die orde kan Johan Van den Berckt rekenen op zijn personeel. Al is er extra aandacht nodig rond de hygiëne.

We proberen onze medewerkers te laten inzien dat het ‘afval’ dat we binnen krijgen in feite ‘nieuwe’ grondstoffen zijn.

We leren hen hoe ze er hygiënisch mee kunnen werken. Ze krijgen ook ecologische werkkledij en alle sanitaire voorzieningen die ze nodig hebben om proper te kunnen werken. Tweewekelijks communiceren we intens over wat we doen. Dat gaat over veiligheid en gezondheid. We staan ook open voor hun feedback. Dat pakken we mee naar de volgende weken.”

“Of ik meer openheid zie om afval te verwerken tot nieuwe producten? De laatste jaren hebben we een hele omwenteling opgemerkt. Afval is niet langer minderwaardig. De designtoepassingen slaan vooral aan bij jonge gezinnen. De wetgeving helpt ons ook wel. Ze spoort bedrijven aan om gerecycleerde materialen in hun productieproces te gebruiken. Het landschap is volop in beweging.

Ook vanuit Europa komt er meer wetgeving. Dat zorgt wel voor uitdagingen. Het blijft afwachten welke fracties van het afval mogen verwerkt worden. Daardoor kunnen we de samenstelling van de grondstof niet altijd lang op voorhand bepalen. Verder blijven we op zoek naar nieuwe technologieën. Zij moeten ervoor zorgen dat we maximum waarde blijven creëren uit de afvalstromen.”