MVO was een marketingtool. Nu is het een USP

Gemaco Group is een internationale speler op de markt van promomerchandise. Het Mechelse bedrijf werkt voor allerlei A-merken en is actief in 15 landen, op 68 verschillende markten.

Oprichter Olivier Somers legt uit hoe zijn firma groeide en hoe hij maatschappelijk verantwoord ondernemen zag (en ziet) evolueren. “Vroeger was MVO een marketingtool, nu is het een USP.”

Meer dan ooit trekken firma’s de kaart van maatschappelijk verantwoordelijk ondernemen. Daarvoor kunnen ze rekenen op Gemaco Group. De laatste vijf jaar is het Mechelse bedrijf, dat promomateriaal levert, booming.

“Voor producten waar grote bedrijven niets van kennen, gaan ze contracten aan met ons”, stelt oprichter Olivier Somers.

Somers was student burgerlijk ingenieur toen hij Gemaco leerde kennen. “Het bedrijf leverde promomateriaal, zoals T-shirts die ik verkocht aan studentenkringen. Toen ik later merchandise ontwikkelde voor Monroe (producent van schokdempers, red.) ging ik opnieuw aankloppen bij hen.

En eenmaal mijn bedrijf groter was dan Gemaco, hebben we het overgenomen. Ondertussen zijn we doorgegroeid tot een mondiale speler met rond de 100 miljoen euro omzet afkomstig uit kantoren in vijftien landen”

Welke soort bedrijven dragen MVO hoog in het vaandel?

MVO is toch al enkele jaren top of mind bij de grote spelers op de markt.

Aan de ene kant hebben wij klanten met fast moving consumer goods (FMCG): ABInbev, Unilever, Danone,…

Aan de andere kant leveren we aan industry customers, merken met grote netwerken. Denk aan banken met een breed kantorennetwerk, aan bandenproducent met veel verkooppunten,…

A-merken, dus. Wat met lokale spelers?

Duurzaam ondernemen is nog minder bij grote, lokale bedrijven. Die willen regelmatig nog liever 90 cent betalen en niet weten waar het vandaan komt. Maar er zijn ook al klanten die alleen iets van 1 euro willen, op voorwaarde dat dat goed gemaakt is. Dat zakt hopelijk verder af.

Moeten jullie nog vaak de boer op, om mensen te overtuigen van het belang van MVO?

Het besef is er. Eigenlijk is het de logica zelve: we streven ernaar dat de bevoorradingsketen conform de regels verloopt en minder vervuilt. De mindset is op dat vlak gelukkig veranderd: duurzaamheid en ecologie hebben aan belang gewonnen.

Jullie hebben die omslag zo’n vijf jaar geleden gemaakt?

Dat is een continu proces geweest. Duurzaam ondernemen won gestaag aan belang, maar onze ogen zijn pas opengegaan toen we zagen waar bedrijven in bijvoorbeeld Zwitserland mee bezig waren. Die hadden in 2011 al ja-ren voorsprong.

Een leermoment?

Vooral een wake-upcall: door ons te internationaliseren en globale contracten binnen te rijven, konden we niet achterblijven.

Wij willen absoluut top zijn op vlak van MVO en hebben daarom gekeken hoe we onze bevoorradingsketen konden aanpassen. Wij verkopen nu ook in Azië: daar waken we onder andere over MVO voor Europese merken in China.

Hoe hebben jullie dat geïmplementeerd?

Alle fabrieken waar wij nu mee werken, zijn geaudit door ons of door een onafhankelijk bureau. Daarvoor volgen we normeringen van een aantal betrouwbare organisaties zoals Ecovadis, Sedex en BSCI - een soort ISO-certificatie op MVO-gebied.

Die normen zijn de kern van onze organisatie geworden. En dat werpt zijn vruchten af: wij hebben, als een van de enige bedrijven in onze soort, het gold certificate van Ecovadis.

U zag MVO niet als een commerciële kans, maar als waarde.

Waar sommigen MVO als concept verkopen, is het bij ons part of the business. Zo is het intussen ook geëvolueerd: van marketingtool naar USP.

Dankzij MVO is er meer dan ooit aandacht voor de bevoorradingsketen en de controle erop.

Het is bovendien een dubbele USP: enerzijds is er de controle op de bevoorradingsketen, anderzijds zorgen we dat het product gemaakt wordt conform de regels. Fabrieken die met ons werken, moeten de regelgeving respecteren.

Hoe garandeert Gemaco dat?

Onze certificering gaat nog een stapje verder dan MVO in de strikte zin van het woord. Ik denk dat de helft van onze klanten daarom met ons samenwerkt: omdat ze weten dat wij gaan voor dat tikkeltje meer.

Is creativiteit ook niet een van jullie stokpaardjes?

Wij dragen creativiteit hoog in het vaandel - voor ons is dat het olympische minimum. Maar dat is geen USP – onze concullega’s zijn ook creatief.

Ik denk eerder dat ons IT-platform het verschil maakt. Omdat we MVO belangrijk vinden als sociaal concept, zorgen we ervoor dat het makkelijk te implementeren is. Dat de operationele keten zo performant mogelijk verloopt, dat er geen overhead zit bij de klant, dat ze kunnen dispatchen via een IT-tool,...

Aan MVO hangt een prijskaartje. Wat zegt u tegen klanten die voor 'zo goedkoop mogelijk' gaan?

Kijk, eender welk bedrijf kan in China petjes kopen: ga naar een webshop en bestel ze. Maar petjes inkopen bij een fabriek waar je zeker bent dat het conform de regels gemaakt wordt, is een heel ander verhaal.

Ons bedrijf heeft er geen belang bij dat iets megagoedkoop is: wij willen dat producten degelijk gemaakt worden en zo goedkoop mogelijk aan onze klanten leveren.

Jullie zitten op een andere markt?

(knikt) Wij overlappen de concurrentie met ons alternatief verhaal. A-merken willen betalen voor het feit dat we mensen ter plaatse hebben voor de controle. Daarvoor heb je ook omzet nodig. Zonder centen kan je het MVO-luik van je bevoorradingsketen niet afdekken: auditing en training kosten stukken van mensen.

Hoe krijgen jullie dat alles georganiseerd?

Door lokaal aanwezig te zijn. Wij hebben bijvoorbeeld geïnvesteerd in Azië, waar zo’n 25 eigen mensen vanuit Hongkong of Shanghai opereren. Uiteraard doen zij ook sales en administratieve taken, maar ze zijn ook verantwoordelijk voor het controleren van de bevoorradingsketen. Zo hebben wij in ons kantoor in Hongkong drie auditers in dienst die onze leveranciersdatabase constant bijwerken.

Hoe reageren de fabrieken in China daarop?

Je hebt twee types: er zijn een aantal firma’s die niet aan MVO doen. Die worden bij ons geblacklisted. Zo gaan ze er op termijn uit, want het is een fabeltje dat werkweken van 60 uur in vuile werkomstandigheden goedkoper zijn. In plaats daarvan komen nieuwe spelers, die investeren in MVO. Zij zijn in een klap moderner, geautomatiseerder en dus ook conform de regelgeving.

Hoe beland je als nieuwe speler op de markt in uw database?

Nieuwe firma’s lichten we op voorhand door. De basisnormen moeten in orde zijn, maar tegelijk, als bij productie een aantal dingen niet in orde blijken, krijgt de firma een verbeteringslijst. Elke fabriek krijgt een update van zijn status. Maakt men geen progressie, dan gaat men er onherroeplijk uit.

Jullie werken daarvoor samen met controleorganen ter plaatse. Is dat makkelijk op te zetten en te onderhouden?

Ik heb de indruk dat met vaste MVO-normen werken makkelijker is dan kwaliteitsinspectie, wat veel subjectiever is. We hebben een checklist: hebben ze documentatie, kunnen ze dat bewijzen, kan je dat zien? Zo krijg je per fabriek een scorekaart, waarbij we streven naar onderscheiding: 80 op 100.

Rapporteren jullie dat naar jullie klanten?

(knikt) Wij rapporteren de ratings van die fabrieken en schrijven een voortgangsrapport voor UN Global Compact.

Wij en onze concullega’s werken veel transparanter dan vroeger. We hielden toen geheim waar we die paraplu of dat petje lieten maken. Nu zeggen we waar het gadget gemaakt is.

Onze klanten krijgen ook het test- en auditrapport van de leverancier. Een klant die besluit rechtstreeks te werken, is vrij dat te doen. Wie denkt het beter te kunnen dan ons, moet dat zeker doen. Het zal niet makkelijk zijn. (glimlacht)

Hoezo?

Dit is een heel diverse business: het gaat over textiel, glaswerk, … Dat is leuk, maar ook moeilijk. Je moet constant bijsturen. Sourcing, qualification, factory audits,… We zijn daar inmiddels in gerodeerd. Daardoor zijn wij doorgegroeid in 15 landen. Gemaco kan klanten globaal dienen en aan orderconsolidatie doen.

Geef je ook raad aan ondernemers? Waar moeten zij op letten als ze duurzaam internationaal ketenbeheer willen installeren?

Je moet je bevoorradingsketen gewoon goed opzetten. Doe het juist, of doe het niet, want er is no way back. Stel dat je een goede bevoorradingsketen beschouwt als quick win maar er een goedkopere keten op nahoudt… Als dat uitlekt, lig je eruit bij je klanten! Zelfs als er maar één klacht doorsijpelt: in tijden van sociale media kan het snel gaan. Niet dat er bij ons niets fout kan gaan, maar het is op zijn minst de bedoeling dat er niets kán foutgaan.

Hebben jullie ooit zo’n crisis meegemaakt?

Neen. Hout vasthouden (lacht). We maakten wel al mee dat er vragen rezen, bijvoorbeeld rond een watermerk dat gelinkt werd aan kinderarbeid. Totaal onterecht – fake news.

Gelukkig kunnen wij dan terugvallen op die certificering. Wij kunnen met de feiten, die iedereen kan raadplegen in allerhande rapporten, meteen weerleggen dat dat het geval is.

En daarom heb je zoveel mensen ter plaatse nodig voor de opvolging. Stel dat fabrieken outsourcen naar onderaannemingen, ben je de controle weer kwijt.

Kan je daar vat op krijgen?

Dat is deel van het pakket dat we aan onze klanten aanbieden. Wij houden ter plekke in de gaten wat er gebeurt – dat de goederen niet even over en weer naar Vietnam zijn gestuurd of zo. Want dat kan, als je even wegkijkt.

Wat gebeurt er als uw klant met zijn hoofdactiviteit in een slecht daglicht komt te staan?

Daar hebben wij geen impact op. Ik mag hopen dat men een samenwerking met Gemaco niet ziet als een manier om een vinkje achter ‘MVO’ te zetten.

Wij kunnen een klein gedeelte met leveranciers afdekken, maar er zijn nog heel wat andere katten te geselen dan het gedeelte dat wij aanbieden. Dat moeten ze zelf nakomen.

Je kan MVO niet simpelweg outsourcen.

Hoe ziet u de internationale bevoorradingsketen verder evolueren?

Ik heb geen glazen bol, maar er is nog veel werk voor de boeg.

Producties gaan nog steeds naar lageloonlanden: China bijvoorbeeld outsourcet geregeld naar naburige landen. Maar sommige producties komen ook terug naar Europa. Je kan badhanddoeken voor dezelfde prijs verkrijgen in Oost-Europa dan in China - dat zou 10 jaar geleden onmogelijk geweest zijn. Dat is in ieders voordeel.

Jullie zijn in 15 landen actief, en op 68 verschillende markten. Wat brengt de toekomst?

We willen voet aan de grond in de Verenigde Staten. In Europa zijn we niet slecht bezig en worden we zelfs gezien als een wereldspeler, maar ons doel is op termijn even groot te zijn in Azië en Amerika. Daar zijn we nog maar aan 20% van onze omzet.

Ons doel is: een derde in de drie continenten.

We shall see.