Binnenvaart brengt containers op tijd bij de klant

In 1987 kwam er met BCTN een logistieke speler op de markt die volledig de kaart van de binnenvaart trok. Geen evidente keuze gezien het gebrek aan infrastructuur, maar de boodschap van klanten was overduidelijk, vertelt Philippe Govers, Chief Operating Officer bij BCTN.

“Klanten wilden hun containers op tijd aangeleverd krijgen, wat moeilijk was via transport over de weg. Daar wilden we dus iets aan doen.”

De focus van BCTN ligt op het behandelen van containers via binnenvaart. Ze hebben terminals in Meerhout en Nederland (Den Bosch, Nijmegen, Venray en Alblasserdam). Hun baseline luidt ‘duurzaam, betaalbaar en op tijd’.

Het woord duurzaam is meteen gevallen. Maar Philippe Govers is hierover eerlijk. “In het begin was het milieu-aspect minder van belang bij de keuze voor logistiek via binnenvaart. We wilden vooral minder containers over de weg krijgen. Waarom? Het werd meer en meer een uitdaging om containers op tijd bij de klant te krijgen. De waterweg heeft geen vertraging. Het milieu-aspect is er pas later bijgekomen.”

Veel tegenstand bij start

BCTN sloot bij de start een samenwerking af met NV De Scheepvaart, dat in 1930 zorgde voor de aanleg van het Albertkanaal. “Uit die samenwerking groeide een terminal.. In het begin ervoeren we hierover veel tegenstand bij de lokale overheid. Na jaren van administratieve rompslomp werd het toch een succes. We begonnen met een kaaimuur en enkele hectare concessiegrond. Vandaag praten we over dertien hectare grond die we huren van NV De Scheepvaart.”

Hybrideschepen

Ook de infrastructuur breidde doorheen de jaren flink uit. “We hebben zes containerschepen rondvaren, waarvan drie hybrideschepen. Zij varen op diesel en elektrisch. Scheepsmotoren hebben een groot vermogen, tot 2.000 pk. Deze kunnen nooit efficiënt ingezet worden waardoor er een slechte verbranding ontstaat. Daarom kozen we voor hybride. Het stoot minder CO2 uit, maar ook de Nox-uitstoot is nagenoeg nihil.

Daarnaast hebben we heel wat kranen en negen machines. Hiermee kunnen we vierhonderd tot zeshonderd vrachtwagens van de weg houden. Dat is toch een enorme impact op het dagelijkse woon-werkverkeer tussen Antwerpen en de Kempen.”

Klanten kunnen overtuigen

BCTN groeide stap voor stap. Aangezien ze tussen de 150.000 en 180.000 volle containers per jaar kunnen vervoeren, konden ze steeds meer klanten overtuigen.

“Velen dachten dat binnenvaart traag en niet dynamisch was. Dat idee hebben we kunnen keren. Mede dankzij onze degelijke service en aandacht voor innovatie. We werken paperless, investeerden in klantencommunicatie via een speciaal portaal en zetten in op een doorgedreven track & trace. Die transparantie naar onze klanten vinden we belangrijk.”

“We blijven zoeken naar efficiënte oplossingen. Binnenvaart is nu eenmaal niet per se goedkoper. Een vrachtwagen neemt een container rechtstreeks mee naar de klant. Wij werken met een overslagpunt. Een efficiënte werkmethode is dus de enige manier om klanten te overtuigen. We zoeken altijd naar een win-win situatie met alle betrokken partijen. Zo groeiden we uit van een kleine tot een grote onderneming. Het gaf ons ook een trekkersrol in de sector.”

Binnenvaart heeft nog uitdagingen

De binnenvaart kende een redelijke groei, al stagneerde die door de financiële crisis vanaf 2008, weet Philippe Govers.

“Daarnaast stootte de binnenvaart door de groei op enkele uitdagingen. De overheid investeerde enorm in infrastructuur met bijvoorbeeld de aanleg van sluizen, verhoging van de bruggen, extra zeeterminals, maar om het heel zwart-wit te zeggen: de infrastructuur is niet afgestemd op het logistieke proces. De zeehavens kunnen de vraag van de binnenvaart niet volgen.”

Het belet BCTN niet om zelf te zoeken naar oplossingen. “We zijn nu hard bezig met het onderzoeken van de mogelijkheden rond een pop-up terminal. Het is een soort verplaatsbare satelliet. Eigenlijk is het een simpele manier om de containers dichter bij de klanten te brengen. Dat zou kosten besparen voor hen. Maar zover zijn we nog niet.”